Vakantie vieren op Corsica? Dat is een feest voor alle zintuigen. De mediterrane geur van de maquis – zeer dicht struikgewas – kringelt op de veerboot je neus al binnen. Je ruikt tijm, eucalyptus en rozemarijn. Een vleugje salie, munt en wilde venkel. De zee kleurt in tientallen tinten blauw en overal proef je pure, lokale specialiteiten. Na een rondreis over het eiland begrijp je waarom de Fransen het liefkozend Île de Beauté noemen: eiland van schoonheid. Ben je klaar voor een beetje avontuur?
Vergeet de snelweg
Corsica is geen doorsnee eiland. Je meet de afstanden niet in kilometers, maar in tijd. Slingerende bergwegen brengen je langs de kust naar het ruige binnenland. Knippert een tegenligger met z’n lichten, dan is dat een teken dat er dieren op de weg lopen. Je passeert kuddes loslopende koeien, geiten en zelfs wilde varkens. Onderweg doorkruis je middeleeuwse dorpen als Lumio, Sant’Antonino of Montemaggiore, verstopt tussen groene heuvels, kastanjebossen en rotspartijen. En of je nu aan zee bent of in de bergen: overal is het uitzicht spectaculair.
De 5 belangrijkste stadjes op Corsica
Elk stadje op Corsica heeft z’n eigen typische karakter en sfeer. Van bruisende haven tot verborgen vestingstad. We lichten de vijf belangrijkste plaatsen van het eiland eruit:
Zoals Calvi; het plaatsje telt slechts 5500 inwoners en is bekend vanwege de citadel, hoog boven op de rots. Deze zie je bij aankomst met de veerboot meteen liggen. Vanaf de vesting zelf kijk je uit over de haven, vol met grote jachtschepen. Verderop ontwaar je prachtige baaien en lange stranden.
Bastia, de hoofdstad van Corsica, ligt in het zogenaamde ‘vingertje’: het noordelijkste puntje van het eiland. Je wandelt door steile straatjes, langs barokke kerken en hoge huizen met dichte luiken en lange waslijnen. Alsof je in Napels bent beland. In de Vieux Port valt meteen de gevel van de kerk Saint Jean Baptiste op. De haven telt diverse restaurants waar je heerlijk verse vis kunt eten, zoals sardientjes en rode mul. Even verderop vind je wat schaduw op het Place Saint Nicolas, onder de platanen en palmbomen, met uitzicht op zee.
Bonifacio is ronduit indrukwekkend. De stad ligt op zeventig meter hoge, witte krijtrotsen. Highlight van Bonifacio is de trap van zestig meter, uitgehakt uit een rots die afdaalt naar de zee. L’escalier du Roi d’Aragon komt uit bij een indrukwekkende grot aan het water. Daarna loop je de 187 treden weer omhoog, een pittige klim. Een boottocht over zee is ook een aanrader. Je bezoekt de kreken en grotten aan de voet van de krijtrotsen en bewondert vanaf het water de unieke ligging van de stad.
Ga in Ajaccio, de geboorteplaats van Napoleon, naar de kleurrijke vissershaven waar het heerlijk flaneren is. Loop via de Halles aux Poissons naar de dagelijkse markt op Place Foch. Op de Cours de Napoléon zie je de bewoners rond het middaguur van hun glaasje pastis nippen, terwijl ze de Corse-Matin lezen.
Vanaf een uitstekende bergtop midden in het binnenland waakt de stad Corte. Door smalle en steile straatjes, omzoomd door hoge huizen, klim je tot aan de citadel en heb je uitzicht over een mooi berglandschap. Corte is een goed uitgangspunt voor wandelexcursies die vanuit hier vertrekken.
Ruige schoonheid
Aan de westkust wacht de ruige schoonheid van de Calanques de Piana: zoek naar het hart in de rode rotsen. Meer in het binnenland vind je de spectaculaire kloof Gorges de Spelunca, waar je op verschillende plekken kunt zwemmen. Bezoek ook de kust bij de badplaats Porto, dit deel van het eiland is goed beschermd. Zo is het bijvoorbeeld verboden om hotels te bouwen. En als een projectontwikkelaar toch een poging doet, wordt het bouwwerk vaak binnen enkele weken opgeblazen…
Smaakvol Corsica
Van al dat rondreizen krijg je trek. Bereid je voor op een pure en lokale keuken; hier ontmoeten de bergen en de kust elkaar. Vandaar dat de vis, vaak klaargemaakt met lokale kruiden en een scheutje olijfolie, moet wedijveren met authentieke, nootachtige vleeswaren. De wilde varkens op de bergweggetjes eten namelijk alleen maar kastanjes, beukennootjes en eikels.
Lokale charcuterie
In de lokale winkels vind je dan ook uiteenlopende lokale charcuterie. Zoals Prisuttu (gedroogde gerookte ham), Salsiccia (pittige worst) en Lonzu (gerookte varkensfilet). Het bekendst is de Figatellu; een gerookte leverworst van wild varken. In een restaurant wordt deze meestal gegrild en geserveerd met polenta.
Verse vis en authentieke kaas
Langs de kust eet je zeebaars met venkel, gevulde sardines, en natuurlijk de beroemde Corsicaanse vissoep Aziminu. Op de kaasplank liggen kazen als Niolo of Brocciu, afkomstig van geiten en schapen. Op de menukaart staan ze verwerkt in gerechten gecombineerd met pasta, zoals cannelloni en ravioli.
Afblussen met bier, wijn en water
Pietra ambrée, bier gemaakt van kastanjes, vind je overal in Corsica. In elke bar, restaurant en supermarkt zie je de flesjes staan. Geoogst in de binnenlanden en volgens de legende worden ze nog steeds op de rug van een ezel door de bergen getransporteerd naar de brouwerij. Aan wijn is ook geen gebrek: meer dan dertig druivenrassen komen op het eiland voor en negen wijnen zijn AOC’s. Liever geen alcohol? Neem dan het verfrissende Orezza, sprankelend mineraalwater of St Georges, verfrissend plat water uit de bergen.
Laat je betoveren door Corsica
Of je nu komt voor het eten, de natuur, de stadjes of de zee: een vakantie-ervaring op Corsica blijft je bij. Eén ding is zeker: je vertrekt met zand in je schoenen, de geur van maquis in je haar en een klein steekje in je hart: je wilt zo snel mogelijk weer terug!
PS: Wist je dat Corsica een paradijs is voor wandelliefhebbers? Er zijn een aantal prachtige wandelingen te maken.